Er zitten geen producten in je winkelwagen
Montage met Triade Mini
De Triade mini is de kleinste maat van onze triade dragers, deze drager heeft minder draagkracht in vergelijking met de andere triade varianten. We passen deze drager toe in wandplanken met een diepte vanaf 170mm t/m 200mm en een dikte vanaf 26mm t/m 37mm. Op de werktekening van de bestelling die we na order per email opsturen en tevens tijdens de levering op de wandplank plakken, staan het aantal dragers en de locatie van de dragers weergeven. Deze gegevens kun je tijdens het monteren gebruiken. Via onderstaande link kun je de montagehandleiding downloaden.
Per drager:
- 2 Schroeven (diameter: 5,0 mm, minimale lengte: 60 mm)
- 2 Pluggen (passend bij je schroef en muur)
Bij nis montage kant:
- 2-6 Pluggen*
- 2-6 Schroeven met verzonken kop*
* Het aantal kan verschillen tussen 2 tot 6 pluggen, door de diepte van de plank
- Waterpas
- Schilderstape
- Potlood
- Schroevendraaier
- Boormachine
Stap 1: bepaal locatie
Bepaal de plek waar de wandplank moet komen, plak hier een strook schilders afplaktape op. Deze moet op het oog waterpas zijn geplakt. De tape is niet nodig, maar zorgt voor minder vlekken op je muur.
Stap 2: teken middellijn
Teken de middellijn op de tape, deze lijn moet waterpas zijn. controleer dit dan ook goed. Geef op deze lijn het beginpunt van de plank aan, vanuit hier kun je de dragers op de muur gaan tekenen.
Stap 3: teken locatie dragers
Pak de meegeleverde werktekening(en) erbij, deze plakken we tijdens verzending op de wandplank en versturen we per email vlak na de bestelling. Op de werktekening vind je de exacte locatie van de horizontale middelpunten van de dragers. Je meet hierbij vanaf het aangegeven beginpunt in de vorige stap. Teken deze punten op de waterpas middellijn op de muur, deze punten geven meteen de locatie van de pen in de wandplank weer.
Stap 4: teken boorgaten
We gaan nu de juiste boorgaten voor de drager op de muur tekenen. De middelpunten van de drager die we hebben getekend in de vorige stap zijn daarbij ons uitgangspunt. De schroefgaten van de triade mini drager hebben een afstand van 55mm tot elkaar. Op 27,5mm links en recht van het middelpunt tekenen we twee punten voor de boorgaten.
Controleer met behulp van de wandplank de locaties van de dragers, dit doe je door bijvoorbeeld de wandplank bij je muur in de buurt te houden of door de dragers op de wandplank na te meten.
Stap 5: boor gaten voor pluggen
De boormaat die gebruikt moet worden voor de gaten is afhankelijk van de gekozen plug. Pluggen leveren wij niet bij de wandplank, omdat de keuze voor het type plug sterk afhankelijk is van de muur. Controleer goed welke boor je voor de gekozen plug moet gebruiken. Boor de gaten voor de pluggen in de muur. Deze gaten mogen niet te groot zijn.
Stap 6: monteer bracket en drager
De Triade Mini drager monteer je op de muur met pluggen en schroeven. Let bij de drager goed op de oriëntatie, de aangegeven pijl moet omhoog wijzen.
Controleer na het vastzetten of de drager goed en stevig tegen de muur zit. Hierin mag geen enkele speling zitten om een langdurige goede montage te kunnen garanderen.
Stap 7: schuif wandplank over dragers
Zorg dat alle pinnen op de dragers nog kunnen bewegen. Schuif de wandplank over de pinnen en dragers heen. Met deze stap lijn je de dragers horizontaal vanzelf uit.
Stap 8: controleer montage
Controleer of de wandplank waterpas staat, bekijk de wandplank ook vanaf de zijkant. De wandplank moet haaks op de muur staan. Je wilt niet dat de punt van de wandplank iets naar beneden wijst. Wanneer de wandplank nog niet goed staat, kunnen we de dragers stellen. Al onze dragers kunnen we verticaal, horizontaal en in hoek verstellen.
Wanneer de plank meteen goed zit kunnen de pinnen op de dragers vastgezet worden zoals bij stap 12.
Stap 9: verticaal stellen
De dragers kun je verticaal stellen door de schroeven iets los te draaien en de drager naar boven of beneden te plaatsen. Draai de schroeven na het stellen weer goed vast.
Stap 10: pin van drager stellen
Het is belangrijk dat de punt van de drager (en daarmee de wandplank) niet naar beneden wijst. Dit kun je met een kleine waterpas controleren. De punt van de pin kun je stellen door aan de pin te draaien, dat kan met de hand of met een sleutel.
Stap 11: controleer montage
Schuif de wandplank weer over de dragers en controleer de montage van de wandplank opnieuw. Controleer weer goed of de wandplank haaks op de muur staat, stel de dragers zo nodig verder bij als uitgelegd in stap 9 en 10. Is de montage goed dan kunnen we de pinnen van de dragers vast zetten.
Stap 12: dragers vastzetten
Wanneer alles waterpas is gezet, kun je de pen van de dragers vastzetten. Dit doe je met een kruiskop schroevendraaier aan de onderkant van de drager. Daar zit een klein schroefje, deze kun je naar rechts draaien en dan zit de pen van de drager vast.
De plank vastzetten
Na montage kan het zijn dat de wandplank nog makkelijk van de dragers af schuift. Dit is bij normaal gebruik van een wandplank geen enkel probleem, mocht je hier toch last van hebben kun je ervoor kiezen de pinnen van de dragers iets uit elkaar of juist naar elkaar te monteren. De wandplank klemt hierdoor op de pin van de drager. Door de natuurlijke werking van het hout zal de drager na verloop van tijd vanzelf vaster gaan zitten.